Art Nouveau

Architectuur- en kunststroming geïnspireerd op de natuur. Terugkerende elementen in de architectuur van deze stroming zijn het gebruik van gietijzer, tegeltableaus, glas-in-loodramen, gebogen lijnen in kozijnen, verschillende kleuren (geglazuurde) baksteen, erkers en torentjes. De bakstenen hoefijzerboog rond (entree)puien en portieken omschrijft meer dan een halve cirkel en is in bijna elk art nouveau gebouw te vinden. Projecten zijn vaak gesamtkunstwerken, waarbij ook de meubels en andere gebruiksvoorwerpen in dezelfde stijl zijn ontworpen.

Vooral winkels (met grote glazen puien) en woningen werden in deze stijl opgetrokken. In Nederland is de stroming in het hele land te vinden, met name in Den Haag staan veel gebouwen in art nouveau stijl. De architectuur is vaak minder uitbundig / expressionistisch als in andere landen.

Naamgeving

De naam art nouveau is in 1895 voor het eerst gebruikt voor een kunsthandel in Parijs die handelde in vernieuwende kunst. De stroming kreeg uiteindelijk dezelfde naam. Art nouveau is ook bekend onder veel andere namen, afhankelijk van de regio, de term Jugendstil in Duitsland, Sezessionstil in Oostenrijk en Modernismo in Catalonië. De naam Art Nouveau wordt gebruikt in België en Frankrijk.

Buitenland

Bekende buitenlandse architecten zijn Victor Horta (1861 - 1947), Henry Van de Velde (1863 - 1957), Antoni Gaudí i Cornet (1852 - 1926), Otto Wagner (1841 - 1918) en Hector Guimard (1867 – 1942), de laatste vooral door zijn entrees voor de Parijse metro.

Architecten

Gerrit A. van Arkel (1858 - 1918), Jan Willem Bosboom (1860 - 1928), Geurt Gijsbertus Post (1858 - 1928), Geert-Jan Siccama en Louis A. H. de Wolf (1871 - 1923).