11-02-2010 - Op 1 mei opent de EXPO in Shanghai. Een van de grootste Expo’s ooit, op een terrein van 528 hectare aan twee kanten van de rivier. In ruim 200 paviljoens worden onder het motto Better City, Better Life ideeën en technologieën gepresenteerd voor het vergroten van de leefbaarheid in de steden van de 21e eeuw.
Ymkje Repko, organisator van architectuurreizen naar China, geeft een overzicht van de moderne architectuur op de EXPO zelf, in Shanghai en de omgeving.
Bij de landenpaviljoens komt het motto direct in de materiaalkeus tot uiting. Zo bouwt de Braziliaanse architect Simón Vélez, die in december de Prins Clausprijs won, voor India een koepel van bamboe. Het zwierige Spaanse paviljoen van Miralle/Tagliabue krijgt een huid van uit rijshout gevlochten matten. Voor Luxemburg bouwen Hermann & Valentiny een antroposofisch ogend kasteeltje van cortenstaal en het door Jacques Ferrier ontworpen Franse paviljoen is van binnen bekleed met tot hagen gesnoeide liguster. De plastic kermis-look van John Körmeling’s Happy Street valt uit de toon bij al dit organisch en ecologisch geweld.
De Chinezen pakken zelf natuurlijk ook flink uit met kolossale ontvangstgebouwen, waaronder een volledig uit transparant polycarbonaat van gerecyclede CD-doosjes opgetrokken ontvangsthal van Feichang Jianzhu. Dat dit kleine particuliere bureau uit Beijing - waarvan de naam letterlijk ’ontzettend architectuur’ betekent - deze opdracht kreeg, is wel bijzonder, want het is geen staatsonderneming. Na de Expo zal het polycarbonaat opnieuw tot CD-verpakkingen worden ‘hercycled’.
Wie het EXPO spektakel na een paar dagen voor gezien houdt, kan ontdekken dat het motto Better City, Better Life Shanghai al langer aankleeft. Hier wordt sinds begin jaren negentig stevig aan de weg getimmerd. De Suzhou-kreek, twaalf jaar geleden nog een meanderende strook vervuilende industrie, is nu fris en rein. De oude fabrieksgebouwen huisvesten kunstenaars, architectenbureaus en galeries en langs de rivier ligt een gelikte promenade.
In heel Shanghai, ook in het centrum, zijn dwars door het stedelijk weefsel slingerende snelwegen op hoge pilaren gezet om het maaiveld qua verkeer te ontlasten. Onder deze snelwegen zijn parken aangelegd, met hibiscus, jasmijn en pioenen, en daar beoefenen nog altijd veel Chinezen tai chi of ze spelen mahjong, terwijl de auto’s een metertje of zes hoger voortrazen. Het is spectaculair, maar het werkt.
De afgelopen tien jaar heeft zich in Shanghai een cultuuromslag voltrokken. Pudong, de oostelijke rivieroever, was in 1996 nog dorps en landelijk. Inmiddels woont, werkt en winkelt hier een miljoenenpubliek tussen tientallen meer dan 300 meter hoge torens. Naast de 421 meter hoge Jin Mao Toren van S.O.M. staat het 492 hoge meter hoge World Trade Centre van KPF en daarnaast is de 632 meter hoge Shanghai Centre van Gensler in aanbouw.
Aan de overkant van de rivier, onder de Bund, de koloniale wandelpromenade die als een bejaarde hertogin op een chaise-longe ligt te prijken, heeft Rem Koolhaas een nieuwe Prada-vestiging ontworpen. De Prada Epicenter Shanghai Store wordt gerealiseerd in een voormalige parkeergarage onder de boardwalk en zal bestaan uit een klein dozijn mini-boutiques, aaneen geregen door een lange zwarte gang.
Echt verbluffend is het historisch museum in Ningbo, van de hand van Wang Shu. Dit gebouw heeft een kloeke, scherpe, markante vorm en een betoverend zachte huid van honderd jaar oude bakstenen en dakpannetjes, die werden gered toen het oude havenkwartier van Ningbo moest wijken voor een nieuw businessdistrict. Wang Shu staat aan het hoofd van de architectuurfaculteit van de kunstacademie in Hangzhou, en heeft tevens de hele campus van deze duizenden studenten tellende instelling gebouwd.
In Shanghai’s voorstad Qingpu liggen de architectonische parels van Ma Qingyun, China’s meest gelauwerde jonge architect, die naast zijn bureau MADA s.p.a.m. in Shanghai ook de architectuurfaculteit van de University of Southern California leidt. MADA’s bibliotheek met een reusachtige golvende daktuin en, een eindje verderop, een reusachtige bamboefineerhouten bol waarin een stadsdeelkantoor huist, laten zien dat Chinese architecten originele, sterke beelden kunnen neerzetten. Buiten dat zijn dit zeer vernuftige low-energy-costs gebouwen, die op de Expo niet zouden misstaan.
Ymkje Repko organiseert een 12-daagse reis naar de Expo in Shanghai. De reis vertrekt op 26 mei 2010 en 17 september 2010. Zie voor meer informatie onderstaande link.
© Architectuur.ORG - 1999 - 2025 | info@architectuur.org | RSS-feed | Twitter | LinkedIn | Facebook